Mentor beoordeelt het volgende rijgedrag: optrekken, remmen, bochten nemen, afleiding en te snel rijden. Al deze activiteiten dragen bij tot uw FICO® Veilig rijden-score.
- OPTREKKEN: snel starten of bruusk optrekken wanneer u uw gaspedaal hard indrukt.
- REMMEN: doorgaans het resultaat van uw voorligger te dicht volgen of afgeleid zijn en verkeersborden, verkeerslichten, afritten of plaatsen waar u moet stoppen niet op tijd zien, zodat u snel en bruusk moet remmen om een botsing te vermijden.
- BOCHTEN NEMEN: te snel een bocht nemen of afslaan, wat vooral gevaarlijk is in voertuigen met een groot oppervlak.
- AFLEIDING: elke interactie met uw apparaat zelf terwijl het voertuig beweegt, zoals uw apparaat verplaatsen of vastpakken, telefoneren of een oproep beantwoorden of berichten sturen tijdens het rijden.
- TE SNEL RIJDEN: sneller rijden dan de snelheidslimiet.
Uw FICO® Veilig rijden-score omvat de afstand en duur van uw rit en beoordeelt het aantal mogelijkheden waarop een bestuurder soepel en veilig had kunnen manoeuvreren en weegt die af tegen de gebeurtenissen die tijdens de rit zijn geregistreerd.
De FICO® Veilig rijden-score is een doorlopend 7-daags gemiddelde waarbij de geschiedenis van het gedrag van de bestuurder van de afgelopen zeven kalenderdagen wordt afgewogen om tot een totaalscore te komen. Deze score is een indicatie van het risiconiveau van de bestuurder en de kans dat hij in de toekomst bij een botsing betrokken raakt.
Een FICO® Veilig rijden-score van 710 of meer staat voor een beoordeling Klein risico en Zeer klein risico. Bestuurders met een dergelijke score lopen 30% minder kans om betrokken te raken bij een toekomstige botsing dan bestuurders met de score Middelmatig, Groot of Zeer groot risico.